JUNI (3)
ALLE FOTO'S ZIJN NOG TE VERGROTEN, DOOR ER OP TE KLIKKEN, TOT 2x TOE.
Er stapt een vrouw van haar fiets en vraagt: "Meneer waar bent u naar opzoek"
"Een Woudaap": zei ik.
"De wát?"
"Een Woudaap mevrouw": herhaalde ik bedeesd.
"Meneer, ik stel u een gewone vraag, dan kunt u toch wel fatsoenlijk antwoorden!": zei ze grimmig.
"Mevrouw, dat is echt een vogel, die je weinig of nooit ziet in Nederland; hoogst zeldzaam. Het is een kleine reiger van zo'n 30cm groot en dat is 1/3 van een normale reiger, ik zag net een schim; ik heb hem nooit eerder gezien en ik ben de jongste niet".
Dat laatste beaamde ze, mompelde zachtjes "sorry" en hup daar ging ze weer ...
Een mannetje Woudaap. Hij vloog daarna verderop het dichte riet in. Ik hoop hem nog eens vaker te zien.
Hij dankt waarschijnlijk zijn naam aan de manier waarop-ie in het riet omhoog klimt: zoals een aap dat doet. Oorspronkelijk zou-ie Wouwaapje heten; "wouw" is ongeveer wat ie roept. Een "verbastering" van de naam ligt dan voor de hand: een aap woont in het woud, dus is het nu Woudaap.
De Grote Zilverreiger, die kun je niet over het hoofd zien.
Knobbelzwaan
Bad en ochtendgym van een Meerkoet.
Die had daarna weer genoeg energie om de dagelijkse problemen op te lossen ...
... of om die uit de weg te gaan...
Een burenruzie van een paar Futen.
Zij keken daar niet meer van op.
Uit een soort reflex nam ik ze op de korrel ...
... en dat was maar goed ook, want dit is me nog niet eerder gelukt: het zijn Geoorde Futen.
Ze hebben gele pluimen achter hun vuurrode ogen, die extra opvallen bij hun zwarte kop en hals.
Ze zijn een stuk kleiner dan de gewone Fuut.
Bijzondere verschijningen, aliens waardig.
De zeer algemene Waterhoen; maar hij/zij heeft wél een kleurrijke snavel.
Langs de waterkant gebeuren interessante dagelijkse dingen, die met het blote oog minder goed opvallen. Het is zeker de moeite waard om dat eens van nabij te bekijken.
Hier verzamelt een vrouwtje Aardhommel stuifmeel voor haar nageslacht. Dat stuifmeel wordt met nectar vermengd, zodat er een smeuïg goedje ontstaat, wat ze op haar beide achterpoten kan plakken.
De hoeveelheid groeit en groeit; het lijken zo wel pakjes boter ...
Met een flinke oogst op weg naar haar nest.
Hetzelfde doet hier een werkster Honingbij.
Stuifmaal is heel eiwitrijk en daar moet de bijenfamilie van groeien. Nectar is voor de energie.
Honingbijen vermengen het verzamelde stuifmeel met honing, wat ze uit hun honingmaag oprispen, om tot een plakkerig handelbaar mengsel te komen. Honing is eigenlijk omgezette nectar door enzymen ... Het is maar, dat je het weet. Wonderbaarlijk allemaal toch, die dagelijkse dingen!
Het zijn echt bezige bijen; ze zitten geen seconde stil en die vleugels gaan wel heel snel op en neer.
Het is een behoorlijk gewicht, wat ze meetorsen. Dat kan wel oplopen tot 60% van hun eigen gewicht.
Stel je voor: jij weegt 70kg, dan moet je 40kg aan boodschappen mee naar huis zeulen en dat vele malen per dag ... Dat wordt 'm niet voor mij!
Een wilde bij, die helemaal onder het stuifmeel zit; een goede bestuiver ...
Toch een wolf gezien. De Bijenwolf (een wesp) heeft hier een bij gevangen. Ja, je moet goed kijken, dan zie je onder de wesp een bij. Die sleept ze naar haar holletje in het zand, nadat ze de honingmaag van de bij heeft leeg geknepen en de honing heeft opgegeten. Die bij is het voedsel voor het nageslacht t.z.t. De bij merkt daar allemaal niks meer van, want die is meerdere keren gestoken door de wesp en volledig buiten westen. Ja, je hebt planteneters en vleeseters, ook in de natuur ... Zij kennen geen slagers of supermarkten; zij moeten alles zelf doen.
De Rupsendoder, behorend tot de familie graafwespen, vangt rupsen voor hetzelfde doel als de Bijenwolf. De eitjes zijn gelegd en de verdoofde rups is in het nest. Daarna wordt het holletje met van alles toegedekt.
Gele kommazweefvlieg
Een van de naamgevers van deze site: de Strontvlieg.
Sint-Jacobsvlinder
Vroege Glazenmaker
Gewone Oeverlibel (v)
Roodtipbasterdweekschild is de naam, aangenaam! Ook een goede bestuiver, zoals je ziet.
Groene Zandloopkever; doen aan kruisbestuiving ...
Wegvliegende Meikever
Voor onze grootste kever, moeten we naar het bos. Op een paar plaatsen in Nederland is het Vliegend Hert nog te vinden. Vooral op de Veluwe en in
Zuid-Limburg. Het mannetje met zijn gewei-achtige kaken wordt zo'n 9 cm groot.
Als je dan toch in het bos bent, hoop je ook op groot wild. In de verte kruisten een tiental Edelherten mijn pad.
De geweien moeten nog even doorgroeien, in deze tijd van het jaar ...
Ook zag ik later nog wat hinden op redelijke afstand.
Deze dames hoef ik niet voor te stellen ...
Hij/zij vond mij wel interessant ...
Het was al laat, ik moest het bos uit. Dat vond zij ook.
Deze foto van de Wilde Zwijnen is gemaakt bij ISO 10000, dat zegt genoeg ...
Rondom het huis.
Links een Turkse Tortel en rechts een vrouwtje Merel. Op afstand leek dit exemplaar wel een Zanglijster. Niet dus.
Een opgedofte Merel (m).
Gaai Ekster
De Heggenmus heeft jongen en die komen niks te kort ...
Zij ging telkens, via het muurtje naar het nest.
De kat de bel aanbinden. Dat helpt natuurlijk niet in het voorjaar!!! De jongen horen de kat wel aankomen, maar kunnen het nest niet verlaten en zijn ten dode opgeschreven. Ook de 4 merels in dit nest zijn weer vermoord door zo'n huiskat. Er worden minimaal 1000000 vogels, maar meer waarschijnlijk 5 miljoen vogeltjes elk jaar om het leven gebracht door die troetelbeesten. Daar kan de wolf een puntje aan zuigen ...
Hou die snoezepoezen binnen, in ieder geval in het voorjaar tijdens het broedseizoen ! Dat maakt een wereld van verschil!
Anders is dit de enige soort van de toekomst: de surrogaat-vogel !!!
Met de Kievit zijn we weer terug in de polder ...
Het zijn kleine vogeltjes; de Kleine Plevier is de kleinste, al zou je dat hier niet zeggen.
De Kleine Plevier heeft een gele oogring en een zwarte snavel.
Rietgors (m)
Rietgors (v)
Rietgors (v) in actie voor haar kroost.
Het jong zit goed verstopt in het riet.
Blauwborst (m resp v)
Putter
Tuinfluiter
Kleine Karekiet
Rietzanger
Bosrietzanger
Kleine Karekiet (b+o)
Spotvogel (b+o)
Grasmus
Op de achtergrond een Grasmus met daarvoor een Kneu.
Kneu (v resp. m)
Samen op een tak. Het vrouwtje valt wat minder op (maar ze zit er echt op deze foto).
Vandaar dat ik wat meer foto's van mannetjes heb.
Links pa en rechts ma met jong. Dat jong is groter dan ma...
In de vlucht. Dat is bijna onmogelijk, want ze schieten alle kanten op.
Ee verleidingstruc van een vrouwtje Kneu. Ze zat hier al een poos te wachten met bijzondere vezeltjes, die bij het zoenen smelten in de mond ...
Ze deelden de lekkernij; de liefde bezegeld!
Zo zie je maar weer: de liefde van de man, gaat door de maag ...
Zijn ego groeide en groeide ...